3.3 De meerjarenbegroting is in alle jaren (structureel) sluitend.

Wij realiseren deze prestatie in de jaren 2023, 2024 en 2025 zonder dat hiervoor een bijdrage uit de algemene reserve nodig is. De jaarschijf 2026 kent een tekort en daarvoor hebben we een stelpost opgenomen in afwachting van duidelijkheid vanuit het Rijk over de financiële verhouding met de mede overheden na 2025.

Voor de OZB hanteren wij als inflatiecorrectie de prijs Nationale bestedingen (pNb), zoals die door het Centraal Planbureau wordt gepubliceerd. In de MPB 2023-2026 hebben wij de pNB gehanteerd zoals die in de meicirculaire 2022 is opgenomen. Voor 2023 leidt dat tot een inflatie van 3,1%.

Als incidentele dekkingsbron van uitgaven voor de ontwikkeling van de gemeente tot 2040 creëren we een investeringsfonds en hebben daarbij oog voor het behoud van ons weerstandsvermogen.

De Tussentijdse rapportage 2022 heeft een positief saldo van ca. € 29 miljoen. Daar liggen meerdere redenen aan ten grondslag, maar feit is dat de gemeentebelastingen achteraf gezien lager hadden kunnen zijn. Door deze generieke maatregel ontvangen alle huishoudens en ondernemers op de aanslag 2023 een zichtbare korting van € 75. Door de gecombineerde belastingen woningen en de OZB niet woningen gebruikers als uitgangspunt te nemen ontvangen zowel woningeigenaren als huurders deze korting. Dit sluit aan bij het coalitieakkoord waarin is opgenomen dat het van belang is dat Apeldoorn een financieel gezonde gemeente is die let op de lastendruk voor inwoners en ondernemers maar tegelijkertijd ook ruimte heeft voor een stevige investeringsagenda.

Als gevolg van de sterk gestegen energieprijzen en grondstoffen zijn de werkelijke prijsstijgingen groter dan de reguliere trendmatige indexatie. Deze kostenstijging is in onze eigen organisatie aan de orde, maar ook bij partijen die voor ons uitvoering geven aan maatschappelijke voorzieningen. De kostenstijging in onze eigen uitvoeringsorganisatie zien we vooral bij beheer en onderhoud openbare ruimte (€ 2,9 miljoen), energiekosten gemeentelijke huisvesting (€ 1,7 miljoen) en investeringen uit lopende kredieten (€ 0,1 miljoen). Ook partijen die voor ons uitvoering geven aan maatschappelijke voorzieningen hebben hiermee te maken. Op dit moment is hiervan nog geen volledige inventarisatie bekend. Een belangrijke partij hierin is Accres. Deze (verbonden) partij heeft berekend dat de gestegen energieprijzen voor haar bedrijfsvoering, op basis van nieuwe contracten, leidt tot een kostenstijging van ca. € 3 miljoen in 2023. Ook voor Stichting Zwembad Noord (Sprenkelaar) is afgelopen periode een compensatie afgesproken als gevolg van de sterk gestegen energieprijzen. Andere partijen waar de impact naar verwachting zichtbaar zal zijn: vervoersorganisatie voor collectief- en doelgroepenvervoer, afvalverwerker Circulus en ook organisaties in sport- en cultuursector.

Voor 2023 wordt rekening gehouden met € 10 miljoen. Mede door te nemen duurzaamheids- en andere besparingsmaatregelen wordt voor latere jaren rekening gehouden met een daling van deze meerkosten.

In de MPB 2023-2026 is sprake van een geplande investeringsvolume van ruim € 160 miljoen. Voor de voorstellen van Stadmaken, stedelijke mobiliteit, beheer en onderhoud openbare ruimte en klimaatstrategie, biodiversiteit en groen-water ramen we in tegenstelling tot in het verleden op voorhand geen kapitaallasten. Pas wanneer wij een concreet (investerings)voorstel aan de raad voorleggen omdat wij voldoende zicht hebben op de haalbaarheid van het project worden kapitaallasten in de begroting opgenomen. Die dekken we uit een stelpost die we hiervoor centraal op programma 1 opnemen. Deze stelpost is vooralsnog 50% van de te verwachten investeringslasten als alle projecten uitgevoerd zouden worden. De praktijk van de laatste jaren laat echter zien, dat wij vanwege complicerende factoren (beperkte uitvoeringscapaciteit intern en extern, planologische belemmeringen, inspraakprocedures) slechts een deel van de projecten in gang kunnen zetten. Waar nodig passen we deze stelpost bij een Voorjaarsnota en/of een volgende MPB aan.

Het huidige budget voor de accountantscontrole ad € 200.000 schiet al een aantal jaren tekort. Dit wordt o.a. veroorzaakt doordat ieder jaar sprake is van meerwerk. Voorts is recent een nieuw contract afgesloten. De kosten volgens dit nieuwe contract zijn hoger dan de kosten van het oude. Een budget van € 300.000 sluit meer aan bij de  realiteit.